DOSSIER: registratierechten in het Vlaams Gewest
- Home
- Laatste nieuws
- Investeren
- DOSSIER: registratierechten in het Vlaams Gewest
Terug naar al het laatste nieuws
DOSSIER: registratierechten in het Vlaams Gewest
Registratierechten in het Vlaams Gewest
Basisrechten en verlaagde rechten
Het Vlaams Gewest – dat eerder ook al genereuzer was dan de twee andere – heeft op 1 januari 2020 zijn registratierechten opnieuw verlaagd. Wie zijn (enige) woning koopt om deze in gebruik te nemen als hoofdverblijfplaats, betaalt slechts 6% registratierechten. Alle andere investeerders zijn onderworpen aan 10%, om het even of het hier gaat om een terrein, een tweede verblijfplaats, een verhuurwoning, een kantoor, een handelszaak, een opslagplaats, …: telkens 10% registratierechten.
Het verlaagde tarief van 6% wordt slechts onder welbepaalde voorwaarden toegekend: de aankoop kan alleen worden uitgevoerd door één of meer natuurlijke personen (niet door een vennootschap) en moet een bestaande gezinswoning betreffen (bouwplaatsen en woningen in aanbouw komen dus niet in aanmerking voor dit stelsel); het moet om een enige woongelegenheid gaan (de aankoper(s) mag/mogen geen andere woongelegenheid of ander terrein in volle eigendom hebben, tenzij ze deze/dit binnen een bepaalde termijn verkopen); de aankoop moet de volle eigendom van een gebouw betreffen (niet alleen de aankoop van het vruchtgebruik of de naakte eigendom); het moet om een ‘reële’ aankoop gaan (geen ruil of uit onverdeeldheid treden); en de koper moet zich tot slot, uiterlijk twee jaar na het verlijden van de authentieke akte, domiciliëren op het adres van het gekochte goed.
Merk op dat het Vlaams Gewest niet heeft geopteerd voor slechts één verlaagd recht. Het heeft nog drie andere stelsels bedacht, eveneens onderworpen aan specifieke voorwaarden: 7% (voor de aankoop van een woning die te huur wordt aangeboden via een sociaal verhuurkantoor), 5% (indien de woning uiterlijk vijf jaar na aankoop wordt onderworpen aan een ingrijpende energetische renovatie) en 1% (indien de gezinswoning bescherming geniet als monument).
Forfaitaire verminderingen
In sommige gevallen (die we hier niet meer gedetailleerd kunnen uitspitten) kan de koper bovendien een forfaitaire vermindering genieten die overeenkomt met een besparing van 5.600 euro. Deze geldt enkel voor panden van maximaal 200.000 euro (in enkele welbepaalde gemeenten is dat maximaal 220.000 euro) en voor zover aan de vorige voorwaarden wordt voldaan. Voor de goederen die een energetische renovatie ondergaan, en waarvoor een verlaagd registratierecht van 5% geldt, bedraagt de forfaitaire vermindering 4.800 euro.
Meeneembaarheid
Ook al blijkt het Vlaams Gewest bereid te zijn om voortaan minder registratierechten te oogsten, toch blijft ook het principe van de meeneembaarheid van eerder betaalde registratierechten (een initiatief uit 2002 dat door sommigen een ‘rugzakmaatregel’ wordt genoemd) onverminderd overeind. Als een eigenaar zijn onroerend goed weer verkoopt om een ander te kunnen kopen, betaalt hij slechts het verschil tussen de verschuldigde registratierechten voor de nieuwe aankoop en die voor zijn vorige aankoop. Als het tweede pand minder duur is, krijgt hij zelfs een gedeelte van de betaalde rechten teruggestort. Het is een maatregel om kandidaten aan te moedigen om voor enkele jaren een woning op hun maat te kopen, zonder er later, levenslang, een te grote te hebben.
Deze meeneembaarheid van de rechten op een vroegere aankoop naar een nieuwe, wordt echter slechts onder bepaalde voorwaarden toegekend. Ze geldt enkel voor natuurlijke personen, voor hun hoofdverblijf, enkel in het Vlaams Gewest gelegen, voor een fiscaal voordeel van maximaal 12.500 euro (geïndexeerd), en uiteraard op voorwaarde dat de oude woning wordt verkocht.